Boswachter Mark: There is safety in numbers

Grutto 1

De zon schijnt op mijn gezicht. Een zachte bries streelt mijn huid. Op een deels ondergelopen weiland loopt een groep oranjebruine vogels op hoge poten door het ondiepe water. Hun lange snavels prikken in de modder. Ik kan niet zien wat ze aan voedsel vinden. Dan gaat de groep al roepend de lucht in. Mijn hart maakt een sprongetje. Ons boerenland jubelt.

Tekst en foto’s: Mark Kras

Steeds stiller

Tiental jaren later kom ik langs hetzelfde weiland. Nog steeds staat een deel onder water. Een lepelaar zoekt er zwijgend haar kostje bij elkaar. Ondanks de schoonheid van deze vogel maakt mijn hart nu geen sprongetje. Nergens is onze nationale vogel te bekennen. Het is stil.

Wat betekent dat voor mij dan?

De grutto sterft uit. Het zal je, zoals velen, misschien helemaal niks kunnen schelen. Andersom zal het de grutto ook weinig boeien als de mens van het wereldtoneel verdwijnt. Laatst sprak ik een jongerenwerker. Ik vroeg hem: “Hoe maken we jonge mensen ervan bewust dat we tachtig procent van de soorten in ons land verloren zijn?” Hij antwoordde met een tegenvraag: “Wat betekent dat voor hen dan?”

Schuld

Een soortgelijke opmerking maakte tot mijn grote ergernis filosoof Bas Haring in 2018 ook in Trouw. Mijn eerste gedachte was om te antwoorden: “Het kan je misschien niks schelen. Maar het is wel de mens die het uitsterven van de grutto veroorzaakt.”  Ik vrees dat dat de discussie niet gaat helpen. Het antwoord zal zoiets zijn als: “Nou, een wesp sla ik toch ook dood als hij me dwarszit?”

Wespen op de appeltaart- foto Mark Kras

Nuttig

Dus ik bedacht: al die soorten hebben een enorm nut voor ons. Denk aan bijen die verantwoordelijk zijn voor het bevruchten van ons voedsel. Zelfs Einstein schijnt gezegd te hebben: “Als de bijen van de aarde verdwijnen, heeft de mensheid nog maar 4 jaar te leven.” Tachtig procent van alle gewassen en negentig procent van alle fruitbomen zijn aangewezen op bestuiving door insecten. De economische voordelen zijn voor de Nederlandse economie jaarlijks vele miljoenen euro’s. Ach, dan behouden we toch in elk geval al die dieren die van nut voor ons zijn?

Honingbij – foto Mark Kras

Race naar de bodem

In de Verenigde Staten worden bijenvolken per vliegtuig naar akkers gevlogen. In China proberen ze het bevruchten over te laten nemen door robots. Mijn hart krimpt ineen door de hoeveelheid energie die daarvoor opgewekt moet worden. Was onze energieconsumptie niet de belangrijkste drijfveer achter de klimaatverandering en het daarmee gepaard gaande verlies aan soorten? Terwijl ik dit schrijf, probeert zelfs mijn tekstverwerker me te verleiden. Gebruik toch wat AI. Alsof de energieconsumptie van die datacentra en de enorme rekenkracht die daarin schuilt niet medeoorzaak is van de crisis op ons elektriciteitsnet. Maar ja, je bent gek als je geen gebruik maakt van zulk AI-gemak in Chatgpt, toch?

Windmolens; een stuk beter dan fossiele brandstoffen – foto Mark Kras

Heel erg duur

Een andere gedachte komt bij me op. Door het langzaam uit elkaar vallen van de samenhang tussen alle soorten ontstaan plagen. De kosten die dit met zich meebrengt in het bestrijden van bijvoorbeeld de Amerikaanse rivierkreeft of ziekten in voedselgewassen zijn hoog. Niet alleen door het gif in de bestrijdingsmiddelen die ook ons ziek maakt en  indirect onze toegang tot schoon drinkwater in gevaar brengt. Voor homo economicus lijkt me dat een trieste conclusie: het gaat een astronomisch bedrag kosten om de gevolgen van onze zelfdestructie de komende decennia uit te stellen. Als we dat al willen.

Roken in de kinderkamer

Het veranderen van de regels is makkelijker dan de oorzaak aanpakken. Een beetje als de tante die in de kinderkamer van de pasgeboren Fleur zit te roken en zegt: “Ach die regel om niet te roken in de buurt van kinderen kunnen we wel schrappen. Het is zo betuttelend. Of nee, wacht, we veranderen de regel wel zodat hij alleen geldt voor buitenstanders.” Al die onwil om niet aan de gang te gaan met het probleem. Het moeilijke is dat je nu nog geen gevolgen ziet, maar dat wil niet zeggen dat die onomkeerbare gevolgen er niet zijn.

Evolutie houdt al miljarden jaren leven op aarde in stand

In een gesprek met mijn dochter die antropologie studeert hadden we het over of het nu beter is dan vroeger of vroeger beter dan nu. Een onderwerp dat mij bezighoudt. Zeker na het lezen van het boek Natuuramnesie van Marc Argeloo en het idee dat beschermen natuurbehoud betekent. “Je wil zeker terug naar de landbouw van de jaren vijftig”, krijg ik wel eens te horen als ik het heb over de achteruitgang van grutto en leeuwerik. “Weet je niet dat geen land beter is in het produceren van voedsel dan Nederland? Stilstaan is achteruitgaan.” Wij mensen streven naar zo veel en zo efficiënt mogelijk.  Maar is dat werkelijk de belangrijkste motor achter het bestaan van leven op aarde? De belangrijkste motor is achter het bestaan van leven op aarde is evolutie. Ik hecht aan evolutie, het heeft zich immers al miljarden jaren bewezen.

Vroege glazenmaker; libellen vliegen hier al ruim 360 miljoen jaar rond – foto Mark Kras

Niet dominantie maar samenhang

Maar de weerbaarheid van leven op aarde zit niet in één soort die alle anderen domineert. Die zit in een zo groot mogelijke hoeveelheid soorten die zich steeds aanpast aan zijn specifieke leefomstandigheden. Een vaardigheid die wij structureel onderschatten als we ons boven soorten stellen die zich al miljoenen jaren langer op deze planeet handhaven dan wij. Soorten die we vast wel kunnen missen. Het is niet voor niets dat we andere soorten niet toelaten tot de olympische spelen. Die slome pad, die domme ezel of lompe olifant. Wacht maar tot ze zich inschrijven voor een van onze atletiekwedstrijden. Maar zolang ze daar geen heldenstatus bereiken, maakt het voor mij niet uit dat ze er, net als de dodo, buidelwolf en trekduif, morgen niet meer zijn. Jammer joh, dat je ons tempo niet kon bijhouden.

Safety in numbers

Tot dat beeld van die groep grutto’s me weer voor de geest kwam. Het eerste teken dat het broedseizoen is begonnen is als de grutto’s, tureluurs, scholeksters en kieviten van het natuurgebied De Wilck bij Zoeterwoude gezamenlijk de kraaien en meeuwen uit de weilanden jagen. Ook de in de winter aanwezige slechtvalkvrouw, die leeft van de vele smienten die hier de winter doorbrengen, weet dan dat het tijd is om haar heil elders te zoeken. Zo’n fanatieke groep van verschillende soorten die je steeds opjaagt is haar te veel. De groep zelf is nauwelijks bang van de rovers die ze de deur wijzen. Zij zoeken hun veiligheid in de grote groep. Of zoals dat in het Engels zo mooi heet: There is safety in numbers. Dat kennen we niet alleen van weidevogels. We kennen het ook van spreeuwen in hun spreeuwenwolken, van kuddes edelherten en van haringen in hun scholen. Maar kennelijk leren wij die aloude wijsheid niet meer. We staan solo, starend naar een schermpje, op het schoolplein te wachten op onze kinderen.

Grutto’s samen veilig boven boerenland – foto Mark Kras

Wie is de volgende?

Dat bracht me op een gedachte over de enorme afname aan soorten. Hoe meer soorten er zijn, hoe kleiner de kans dat wij de volgende zijn die uitsterft. Of, andersom:  als er nog maar twintig procent over is van de soortenrijkdom in Nederland dan zouden wij weleens de volgende soort kunnen zijn die aan de beurt komt. Die virussen moeten bij minder keus aan soorten immers ook op zoek naar een volgende gastheer of -dame. De keuze voor ons is dan óf Nederland snel verlaten óf eens iets gaan doen om het leven van onze medebewoners wat aangenamer te maken. Omdat zo’n zestig procent van ons landoppervlak ingericht is voor de landbouw, is mijn voorstel  om daar als eerste iets te doen. Al was het maar voor onze nationale vogel de grutto. De ruimte is er, de kennis is er, we moeten alleen bereid zijn om andere keuzes te maken; in de bedrijfsvoering, de bedrijfsfinanciering en in de supermarkt. En ook hier geldt: we moeten het samen doen. Met eigen soort eerst gaan we er niet komen. Ofwel zoals de Engelsen zeggen: there is safety in numbers.

Tips

  • Wil je meer verhalen lezen over Boswachter Mark Kars? Dat kan! We hebben nog meer mooie columns van deze Boswachter: lees hier rustig verder 
  • Wandeltip (verrekijker mee) Wandelen in Midden-Delfland bijvoorbeeld de Dorppolderroute(11,5 km)  langs het Kraaiennest

 

 

5/5 - (1 stemmen)

Bekijk ook...

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *